U kunt een intern toestelnummer kiezen of het nummer van een telefoon buiten het systeem. Het gebied Source of Destination moet leeg zijn of beide gebieden moeten leeg zijn.
Een toestel kiezen
Kies het toestelnummer met het numerieke toetsenblok van de PC of het toetsenblok op het scherm.
Toestelgegevens verschijnen in het bestemmingsgebied
U hebt verschillende opties:
Druk op de knop Vrijgeven (+ knop) of , of op de knop Beantwoorden/vrijgeven op uw headset om de oproep te verbreken.
OF
Druk op [Negeren] om in te breken in het gesprek van de bestemmingspersoon indien dit is toegestaan door uw dienstklasse en die van het toestel (zie Negeren).
OF
Druk op [Terugbellen] om een melding te krijgen wanneer het toestel weer beschikbaar is.
Een extern nummer kiezen
Kies de externe lijntoegangscode (normaal het cijfer '9').
Kies het telefoonnummer.
In het bestemmingsgebied verschijnen gegevens over het externe gesprek.
Onjuist gekozen cijfers corrigeren
Gebruik de knop Kiescorrectie of de toets Backspace op het toetsenbord van de computer om het laatste onjuist gekozen cijfer te verwijderen.